Op school staan onze kapstokafspraken centraal. Al onze schoolafspraken kunnen eraan worden opgehangen. Zo helpen we elkaar om op een respectvolle manier met elkaar samen te leven. Je vindt onze kapstokafspraken hieronder.
1. We gaan vriendelijk en respectvol met elkaar om.
- Ik wil dat iedereen graag naar school komt. Iedereen hoort erbij! Pestgedrag wordt op onze school niet getolereerd. Als ik opmerk dat iemand wordt gepest, meld ik dit aan een leerkracht.
- Ik sluit niemand uit op school en ik aanvaard verschillen. Het maakt niet uit dat iemand er anders uitziet of anders denkt dan ik. Ik respecteer andere culturen.
- Iedereen is evenveel waard op school en heeft zijn eigen interesses en talenten. Ik toon respect voor iedereen en lach niemand uit.
- Ik ben beleefd en ga op een vriendelijke manier om met leerlingen, leerkrachten en ander schoolpersoneel. Ik heet iedereen welkom en spreek volwassenen aan met ‘juf’, ‘meester’, ‘directeur’, ‘mevrouw’ of ‘meneer’.
- Tijdens de schooluren praat ik Nederlands. Een nieuwe leerling die nog geen Nederlands kent, mag zich 6 maanden in zijn/haar moedertaal uitdrukken. Deze leerling wordt zo veel mogelijk aangemoedigd en ondersteund om Nederlands te leren.
2. We zorgen voor een rustige en veilige omgeving.
- De schooldag start om 8u30. Ik kom steeds op tijd naar school (tussen 8u en 8u25). Ben ik te vroeg, dan ga ik eerst naar de opvang. Ben ik te laat, dan ga ik langs op het secretariaat.
- Ik verlaat het schoolterrein of de speelplaats enkel met toestemming.
- Ik gedraag me veilig in het verkeer. Ik steek de straat veilig over op het zebrapad. Ik wandel op het voetpad. Na schooltijd neem ik de kortste weg naar huis en blijf ik nergens rondhangen.
- Als ik op uitstap ga, houd ik mij aan de gemaakte afspraken.
- Ik houd mij aan de speelplaatsafspraken. Dit wil zeggen dat ik op een rustige en veilige manier speel met anderen. ‘Vechten om te spelen’ is niet toegestaan. Tijdens de speeltijden speel ik enkel waar het is afgesproken, bij regenweer speel ik onder het afdak. Ik gebruik enkel het toegelaten speelmateriaal. Op de speelplaats kan ik steeds terecht bij de leerkracht die op toezicht staat. Wanneer ik de speelplaatsafspraken overtreed, moet ik op time-out staan.
- Wanneer ik de klas binnenkom, begroet ik de leerkracht en blijf ik achter mijn stoel staan tot de leerkracht toestemming geeft om te gaan zitten. Ik blijf op mijn plaats zitten en werk actief mee tijdens de les. Ik stoor de les niet. Wanneer ik iets wil vragen, steek ik mijn vinger in de lucht. Tijdens de les ga ik niet naar het toilet, dit doe ik tijdens de speeltijd. In de klas draag ik geen pet of kap.
- Ik houd mij aan de gangafspraken. Ik stap enkel door de gang met toestemming van de leerkracht en heb steeds een gangpasje bij. In de gang stap ik rustig en in stilte. Ik draag geen hoofddeksel en wacht met eten tot ik op de speelplaats ben.
3. We dragen zorg voor eigen en andermans spullen.
- Ik draag zorg voor mijn eigen materiaal. Dit wil zeggen dat ik mijn agenda, huistaken en werkbladen netjes invul en deze op de correcte plaats stop in mijn map.
- Alle mappen zitten netjes in mijn boekentas. Ik hang mijn jas en andere kledij steeds aan de kapstok.
- Ik draag zorg voor het materiaal van de school en van anderen. Dit wil zeggen dat ik voorzichtig ben met het materiaal dat ik mag gebruiken en dit steeds terug op zijn plaats leg. Wanneer ik iets gebruik van een leerling uit de klas, draag ik er zorg voor en geef ik het nadien in dezelfde staat terug. Verloren voorwerpen breng ik naar het secretariaat.
- Ik ben me bewust van kostbaar materiaal. Elektronische toestellen laat ik thuis. Een gsm/smartphone mag enkel met toestemming van een leerkracht gebruikt worden tijdens de schooluren. Mijn gsm/smartphone is steeds uitgeschakeld en blijft tijdens de schooluren in mijn boekentas of bij klasleerkracht.
- Ik draag zorg voor het milieu door afval in de juiste container of vuilnisbak te gooien. Ik gooi geen papier of ander afval op de grond. Ik drink water uit een drinkbus, breng mijn boterhammen mee in een brooddoos en koeken in een koekendoos om afval te vermijden. Ik kom zo veel mogelijk te voet, met de fiets of met het openbaar vervoer naar school.